De groei van de AFM en de toeter van Arthur
Toen de AFM in 2002 van start ging, werkten er zo’n 200 mensen. 20 jaar later zijn dat er ruim 700. De AFM-populatie is dus bijna verviervoudigd, maar waarom? Op die vraag zijn verschillende antwoorden mogelijk. Zo nam het aantal sectoren en bedrijven waarop we toezicht moeten houden toe en door voortschrijdende technologie en inzichten ook het aantal disciplines, zoals data-analyse en gedragswetenschappen. Maar het belangrijkste antwoord wordt gegeven met de binnen de AFM befaamde ‘toeter van Arthur’.
Schandalen en nieuwe wetgeving zorgen voor groei
Vaak bestond zo’n externe gebeurtenis uit een schandaal of een combinatie van schandalen. Denk bijvoorbeeld aan de boekhoudschandalen bij Ahold, ENRON en KPN Quest. In 2003, het jaar na onze start, sloegen twee affaires een deuk in het vertrouwen van publiek en politiek: de Ahold-affaire en de Aandelenlease-affaire. Zo was het belang van gedragstoezicht in één klap helder. Vanaf dat moment kwamen steeds meer nieuwe taken naar de AFM. De groei was ingezet.
Er volgden in de jaren erna bevoegdheden op onderwerpen als toezicht op accountantsorganisaties, financiële verslaggeving, pensioenen en allerlei soorten beleggingsmogelijkheden. Ook op de kapitaalmarkt vond er een verschuiving plaats van zelfregulering naar onafhankelijk toezicht op steeds meer terreinen. Zo kwamen na het LIBOR-schandaal ook benchmarks onder toezicht te staan.
Woekerpolisaffaire
Een andere affaire die nog in het collectief geheugen gegrift staat en zeker impact op de AFM heeft gehad is de woekerpolisaffaire. In 2006 bleek uit een rapport van de AFM dat er veel mis was met beleggingsverzekeringen. Onder meer waren ze vaak te duur en ging erg veel van de premie op aan kosten, zonder dat de consument zich daar bewust van was. Naast dat de afhandeling van deze affaire veel aandacht vroeg, zorgde de affaire voor meer behoefte aan toezicht op de verzekeringssector en op financiële producten in het algemeen.
Financiële crisis
Het faillissement van Lehman Brothers op 15 september 2008 ontketende een financiële crisis. De hele financiële wereld schudde op haar grondvesten en dit zorgde in de jaren erna voor veel nieuwe – en vaak internationale – wet- en regelgeving. De financiële crisis was bovendien de aanjager van samenwerking in toezicht over de grenzen heen. Wat opnieuw voor extra werk bij onze organisatie zorgde.
Rentederivaten
Een enkele keer was onze naam ook op een negatieve manier verbonden met een schandaal. Banken verkochten rentederivaten aan kleine ondernemers, terwijl die niet voor hen geschikt waren of waarbij zij onvoldoende werden gewezen op de risico’s. We hebben deze problematiek aanvankelijk onderschat. Daar hebben we een externe evaluatie van laten doen, en geprobeerd hieruit lessen te trekken voor de toekomst. Op advies van de AFM is er voor alle mkb'ers, ongeacht bij welke bank ze zaten, hetzelfde compensatiekader gekomen. De AFM heeft daarop toezicht gehouden, wat eraan heeft bijgedragen dat er uiteindelijk ruim 1,5 miljard euro aan compensatie is uitbetaald.
Maatschappelijke aandacht draagt bij aan missie
Naast de toeter kennen we nog een ander mechanisme dat bijgedragen heeft aan onze hoeveelheid werk. Als programma’s als Radar of Kassa een onderwerp over financiële producten behandelden, leidde dat geregeld tot vragen in de Tweede Kamer. De AFM levert in zulke gevallen bij het ministerie feitelijke informatie aan die helpt om de vragen goed te beantwoorden. Daarnaast maakt de AFM dankbaar gebruik van deze signalen en signalen van burgers die direct of indirect bij haar binnenkomen.
Volg onze serie
Veel gebeurtenissen hebben impact gehad op de AFM en haar takenpakket. We hebben er in bovenstaand artikel slechts een paar benoemd. Volg onze serie waarin wij gedurende ons jubileumjaar terugblikken op die cruciale momenten. We publiceren precies op data waarop zij in het verleden speelden.