Interview

‘Misbruik leennormen niet voor andere doeleinden’

Arjan Vliegenthart (Nibud) over verantwoorde hypotheekverstrekking

Arjan Vliegenthart, sinds twee jaar directeur bij het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud), vindt dat de huidige hypothecaire leennormen hun werk goed doen. In plaats van die normen op te rekken, ziet hij effectievere middelen om bijvoorbeeld starters aan een woning te helpen of Nederland te verduurzamen. ‘Mensen klemzetten met schulden is niet de oplossing, zeker nu niet.’

Vlak voordat de coronapandemie toesloeg, was Vliegenthart op werkbezoek in Ierland. Hij zag er met eigen ogen wat het betekent als grote groepen hun hypotheek niet kunnen betalen. ‘Nederland doet het in verhouding met andere landen echt heel goed. Zelfs middenin de crisis blijkt dat de meeste mensen geen uitstel van betaling van hun hypotheek nodig hebben. Dat komt mede doordat wij na de vorige crisis onze leennormen hebben aangescherpt.’

Doel is betaalbaarheid

Toch is dat volgens Vliegenthart slechts een deel van het verhaal op de woningmarkt, en een beeld dat nauwelijks resoneert onder starters. ‘Leuk voor die woningbezitters, maar door het woningtekort en stijgende huizenprijzen is het voor starters vrijwel onmogelijk om een huis te kopen. Dan is het aanlokkelijk om in tijden van lage rente de kredietnormen te versoepelen. Maar het doel van die normen is betaalbaarheid, niet het kunnen kopen van een huis.’

‘De politiek moet dus zoeken naar betere mechanismen’, stelt Vliegenthart. ‘Denk aan particuliere beleggers die geen woningen onder een bepaalde waarde mogen kopen of gemeenten die bouwgrond alleen vrijgeven voor starterswoningen. Hetzelfde geldt voor verduurzaming. We willen van het gas af, maar dat rekent zich niet rond in de portemonnee van de meeste individuele huishoudens. Daarvoor zijn oplossingen op macroniveau nodig. Een studieschuld los je niet op door minder zwaar mee te wegen in je kredietbeoordeling, maar door het leenstelsel aan te pakken.’

Coronasolidariteit

Vliegenthart merkt op dat de AFM in Trendzicht niet alleen naar de leennormen kijkt, maar ook naar bredere financiële weerbaarheid van huishoudens. ‘En dat is de komende tijd hard nodig. Een op de drie Nederlanders denkt binnenkort zijn rekeningen niet meer te kunnen betalen. Dat vind ik de echte kwetsbaarheid van 2021. Tot nu toe is de regering zeer ruimhartig geweest, waardoor minder financiële problemen zijn ontstaan dan gevreesd. Banken zijn ook flexibeler, deurwaarders geven meer tijd, maar als die coronasolidariteit afneemt, komen grote groepen in de problemen.’

En dat zijn volgens Vliegenthart niet alleen zzp’ers en jongeren: ‘Die groep wordt in 2021 breder. Het is goed om te realiseren dat een hypotheek daarbij maar een deel is van hun uitgaven. Financiële problemen stapelen zich op en komen vaak pas later aan het licht. Wij weten dat er gemiddeld vijf jaar zit tussen het aangaan van een schuld en schuldhulpverlening. Nu zien we de omvang van de ijsberg dus nog niet, maar in 2025 wel.’

Problematische schuldenlast

Financiële APK

Dit alles vraagt ook om een andere blik van de financiële sector, de consument én de toezichthouder. Vliegenthart roept op de focus op financiële zelfredzaamheid los te laten. ‘Wij weten dat mensen vaak kwetsbaarder zijn dan ze zelf denken. Financiële instellingen moeten dus eigenlijk alleen no regret keuzes aanbieden. Consumenten zouden op hun beurt open moeten staan voor een financiële APK. Een periodieke check-up van hun financieel situatie, toekomstplannen en verwachtingen, zodat financiële instellingen ook op tijd hulp kunnen bieden.’

‘Daarvoor is ook een proactieve toezichthouder nodig, die niet alleen als marktmeester kijkt of de regels helder zijn en worden nageleefd, maar financiële kwetsbaarheden in een vroeg stadium herkent en adresseert. Als samenleving hebben we daar baat bij. Dit is het moment.’

Deel deze pagina